Families

A.Brest

A.Cohen

H.Cohen / J.Wolff

S.Cohen / L.de Vries

D.en M.Drukker / J.de Hond

C.H.van Es

B.en S.van Esso / H.Roos

J.van Esso / J.Salomons

M.van Esso

B.Frank

H.Frank / P.Frank

J.Frank

R.Frankforter

B.van Gelder

R.Godfried

H.Goldsteen

M.Goldsteen

M., S., B. en S. Goldsteen

M.de Horst

S.Kan / J.Kan

S.Kats

N.en R.Keizer

J.van Kleef

B.Kroon

R.van Leer

S.de Leeuw en W.Kel

B.Levie

B.Levie

J.Levie

L.Levie

M.Levie

M.Lobstein

S.Mendels

C.Mesritz / R.Nathans

H. en S.Mesritz

M. en I.Pais / H.Polak

M.Polak

E. en J.van de Rhoer

J.van de Rhoer

J.van de Rhoer

L.van de Rhoer

M.van de Rhoer

P.van de Rhoer

S.van de Rhoer

M.A.Roos

S.Roos

J.Rozendal

J.Rozendal

I.Sanders

J.Schaap

S.van der Sluis

B.Stern

I.Stern

A.J.Stibbe

J.en B.de Vries / A.Klein

A.Weinberg

R.Wijl

L.J.Wilda

W.de Wilde

A.Wolf

I.Wolf

D.Wolff

D.Wolff / W.Russ

E.Wolff

J.Wolff

M. en J.Wolff

A.Zaligman

B.Zaligman

J.en M.Zaligman / I.Frank

J.Zaligman

P.Zaligman

S.Zaligman

S. en E.van Zuiden

P.Zwarts

A.Zwiers-Rozendal

Fam.van de Rhoer

Pension Molenstraat

Duits-joodse vluchtelingen

IIn Meppel woonden twee zusters Kan: Sariena en Judik. Beiden waren kinderen van Meijer Abraham Kan en Serliena van Zuiden. Meijer Abraham werd in 1819 in Meppel geboren en trouwde in 1846 met Seppien Zaligman uit Dwingeloo. Nadat zij in 1856 was overleden, trouwde Meijer nog in datzelfde jaar met Serliena van Zuiden uit Hoogeveen. Ze kregen vier dochters die allen in Dwingeloo werden geboren: Klaartje, Judik, Sariena en Aaltje. Aaltje werd in 1865 geboren en stierf reeds op jeugdige leeftijd; ze was toen 19 jaar. De overige drie dochters zouden allen tijdens de Tweede Wereldoorlog worden vermoord.
Klaartje werd geboren in 1857 en trouwde in 1880 met Levie van Esso. Ze kregen drie kinderen die allen in Meppel werden geboren: Eliazer, Serliena en Alida. Levie overleed reeds in 1901 en Klaartje bleef als weduwe achter. In 1943 werd ze in Sobibor omgebracht.
Na de dood van haar man vertrok Klaartje uit Meppel. Haar dochter Serliena van Esso, geboren in 1884 en overleden in Oisterwijk 1948 was gehuwd met Michiel Salomon van der Heijden, geboren in Oisterwijk 1875 en overleden in Leeuwarden 1940. Zij woonden aan de Emmakade 44 in Leeuwarden. Het laatst bekende adres van Klaartje is Emmakade 39, dicht bij haar dochter Serliena.

Saartje van Esso met twee van haar kleinkinderen.

Sariena werd in 1862 geboren en trouwde in 1892 in Meppel met Levie Meijer van Esso. Ze kregen twee kinderen: Meijer en Mauritz. Levie Meijer van Esso (in de volksmond ‘Dikke Levie’) had een goud- en zilverhandel in de 1e Hoofdstraat. Toen hij in 1931 overleed, werd de zaak overgenomen door een van hun zonen.

De juwelier in de 1e Hoofdstraat waar Saartje zich vele jaren van haar leven voor heeft ingezet.

De juwelierszaak van Van Esso

De goud- en zilverzaak van L.M. van Esso in de 1e Hoofdstraat werd opgericht door Levie Meijer van Esso, ook wel Witte Levie of Dikke Levie genoemd. Hij verkocht niet alleen goud- en zilver vanuit zijn winkel, maar ging met zijn handel ook naar klanten in de omgeving van Meppel. Zijn vrouw, Sariena van Esso-Kan, hielp hem in de winkel en was daardoor zeer bekend bij de klanten.
Levie had twee zonen – Meijer en Mauritz – die beiden in de zaak kwamen. In 1920 nam Meijer de zaak van zijn vader over en verbouwde het voorste gedeelte, dat toen het karakteristieke uiterlijk zoals op bovenstaande foto kreeg.
Zijn jongere broer Mauritz trouwde met Elisabeth Cohen en ging boven de zaak wonen. Hij overleed reeds in 1928 op 33-jarige leeftijd. Toen vader Levie in 1931 overleed kwam Meijer er alleen voor te staan. Hij trouwde met Marie van Zuiden – een dochter van Abraham van Zuiden, eigenaar van de bekende modezaak in de Hoofdstraat – en ging in het Wilhelminapark (Marten Ottenlaan 15) wonen. Het echtpaar kreeg drie kinderen: Ada, Leo en Maurits.
In 1938 verhuisde het gezin naar Amsterdam. De reden? Mogelijk dachten de heer en mevrouw Van Esso dat het achter de waterlinie veiliger was. Mogelijk ook was die verhuizing zakelijk beter, in verband met de groothandel in goud- en zilver die hij in Amsterdam was begonnen. Aan huis had mevrouw van Esso een kleuterklasje. Op de foto hieronder is dit klasje in de tuin van de woning te zien, met geheel rechts Leo van Esso. Zowel Meijer als zijn vrouw Marie en hun zoon Leo werden op 15 september 1943 in Auschwitz vermoord. Hun kinderen Ada en Maurits overleefden de oorlog.

Kleuterklasje bij familie Van Esso. Geheel rechts Leo.

De winkel in Meppel werd toen voornamelijk aangehouden vanwege Meijer’s moeder, die er bijzonder aan gehecht was. De dagelijkse leiding van de zaak kwam in handen van mevrouw Visscher-Weber die jarenlang als winkeljuffrouw in de winkel van Van Esso had gewerkt. Zij was een dochter van de heer en mevrouw Weber die aan de ‘Putstoel’ woonden.
In 1941 werd Meijer van Esso door de Duitsers op non-actief gesteld en werd mevrouw C.E.U. Visscher-Weber als procuratiehouder met algemene volmacht aangesteld. Spannend werd het toen soms wel: ‘De Beauftragte in Assen [Sellmer, TR] had het op goud en sieraden. Hij zat achter de sleutels van de goudsmidzaak van Van Esso in de Hoofdstraat in Meppel evenals de Spuistraat in Amsterdam!. Hij was razend, toen bleek dat mevrouw Visscher-Weber al naar Amsterdam was. Met de sleutels! Dat was een forse streep door de rekening!’
Niet veel later, op 13 februari 1942, werd A.M. Sustring door Omnia Treuhänder GmbH als directeur aangesteld. Deze had waarschijnlijk tot taak de zaak te liquideren, want op 19 september 1943 werd de zaak gesloten.

Meijer (directeur van de firma L.M. van Esso) werd in 1941 met zijn vrouw Marie en zoon Leo gefotografeerd.

Het echtpaar Van Esso bezat een huis aan het Zuideinde 67, waar mevrouw bleef wonen nadat haar man overleed. Toen in 1942 de Meppeler joden werden opgepakt had de 80-jarige Sariena niet meer de moed om nog onder te duiken. Eerst moest zij verhuizen toen haar huis gevorderd was. Ze trok een paar dagen in bij de familie Goldsteen in de 2e Hoofdstraat 32a. Per 10 november 1942 werd ze door de gemeente Meppel uitgeschreven. Haar nieuwe adres was Amsterdam: Brouwersstraat 9hs. Vandaar moet ze naar Westerbork zijn gebracht. Op 18 mei 1943 werd ze tezamen met 2510 andere joden in veewagens naar Sobibor vervoerd om stipt drie dagen later (op 21 mei dus) om het leven te worden gebracht.

Judik Kan – geboren in 1859 – trouwde in 1886 in Dwingeloo met de uit die plaats afkomstige Benjamin Aaron Cutzien. Wanneer ze naar Meppel kwam is niet duidelijk, maar gedurende de eerste oorlogsjaren woonde de oude mevrouw Judik Kan in huis bij de familie Zaligman in de Soembastraat 28. Evenals Judik kwam de familie Zaligman uit Dwingeloo. Evenals haar huisgenoten werd ook de 84-jarige Judik Kan zonder pardon op 3 oktober 1942 uit haar huis gehaald. Daarna ging het snel: op 9 oktober werd ze in een veewagen naar Auschwitz vervoerd, waar ze op 12 oktober stierf.

Soembastraat 28.

Zuideinde 67.


Vorige